Het zou mooi zijn als we met ons werk het publiek kunnen uitnodigen tot een meer onderzoekende houding ten aanzien van zichzelf en elkaar

04-06-2024 - Roel Meijvis

Jelle Haen en Jessica Matheson ontmoetten elkaar op de School voor Nieuwe Dans Ontwikkeling (SNDO) in Amsterdam en gingen daar al snel een artistieke samenwerking aan. Binnen het talentontwikkelingsprogramma Orkater/De Nieuwkomers maken zij nu hun debuutvoorstelling Why such a strange love, die die deze zomer op Oerol in première gaat en daarna in de zaal te zien zal zijn. 

‘Al in de eerste paar weken van de SNDO trokken we met elkaar op en begonnen we iets te doen wat de basis heeft gelegd voor onze artistieke praktijk’, vertelt Jessica. ‘Na een lange dag op school gingen we aan tafel zitten, maakten we ons op en begonnen vanuit daar scènes te improviseren als de karakters waarin we waren getransformeerd. We deden dat toen voor onszelf, maar niet lang daarna besloten we dat ook op de vloer te gaan doen.’ 

Jelle: ‘Vanuit hier hebben we meerdere performances gemaakt tijdens onze opleiding waarbij dezelfde fascinaties terugkomen, namelijk het transformeren naar verschillende karakters of persona’s, het belichamen van verschillende entiteiten en het onderzoeken van verschillende vormen van jezelf en de ander. Dat zijn ook de fascinaties die ten grondslag liggen aan deze voorstelling, met dit keer iets meer nadruk op de vraag wat die transformaties betekenen voor onze onderlinge relaties.’ 

Monsters
Jessica: ‘Voor onze nieuwe voorstelling hebben we een verhaal geschreven over twee mensen die naar een hutje in een bos gaan om elkaar beter te leren kennen. Maar vanuit alles wat ze met zich meedragen en de delen van zichzelf en elkaar die ze daar ontdekken door verschillende transformaties te ondergaan botsen ze ook voortdurend. Het is een verhaal over leren over jezelf en de ander. En over het aangaan van dat leerproces en bij een persoon te blijven, ook als het moeilijk is.’

Jelle: ‘Inhoudelijk lag de basis voor deze performance bij drie teksten waar we ons intuïtief toe aangetrokken voelden: Paradise Lost van John Milton, Frankenstein van Mary Shelley en de mythe van Eros en Psyche. In deze teksten komt die spanning tussen scheppen en schepsel terug, maar vooral het idee van monsterlijkheid speelt een belangrijke rol in dit maakproces. Hoe monsterlijkheid een techniek is, een instrument, dat gebruikt wordt om bepaalde machtsstructuren te creëren of handhaven, net zoals schoonheidsidealen dat doen. Wie is een monster? Welke uiterlijke kenmerken horen daarbij? Wie bepaalt dat?’ Jessica: ‘We zijn door dit onderzoek echt gaan inzien hoe krachtig dit instrument is, want wie je met angst bekijkt, zie je niet voor wie diegene echt is.’ 

Make-up
‘De twee mensen in het bos transformeren voortdurend in verschillende karakters’, vertelt Jessica, ‘allemaal gespeeld door ons. Wij zijn zelf ook verantwoordelijk voor de kostuums en voor de make-up, wat naast dans, tekst en zang een van de vele disciplines is die we samenbrengen in ons werk.’ Jelle: ‘Tijdens mijn opleiding als make-up artiest vertelde een docent ooit over de wenkbrauw. Hij bracht een kleine verandering aan bij zijn model en het veranderde haar gezicht compleet. Dit is mij altijd bijgebleven, hoe zo’n kleine verandering in uiterlijk zoveel gevolgen kan hebben voor hoe we iemand zien.’ 

‘In ons werk onderzoeken we make-up ook als performatieve discipline. In deze voorstelling ontwikkelt de verhaallijn aan de hand van de make-up, die we live aanbrengen en veranderen.’ Jessica: ‘Dit is hoe we destijds begonnen aan tafel na zo’n lange schooldag, vanuit die fascinatie voor make-up. Die is zowel uiterlijk als inhoudelijk. Make-up gaat namelijk altijd over de vraag hoe het veranderen van de vorm waarin je verschijnt aan de ander, invloed heeft op hoe de ander op jou reageert – en hoe je jezelf ook anders gaat gedragen.’ 

Jelle: ‘Daarmee bieden we een alternatief op het perspectief dat je je ware zelf ontdekt door je te ontdoen van alle uiterlijke vertoningen. Wij geloven dat je juist veel over jezelf kunt leren door verschillende vormen aan te nemen. Dit vanuit het meer spirituele idee dat er in het lichaam verschillende identiteiten verscholen liggen, die in dit proces van metamorfose naar boven komen.’ 

Experiment 
Jelle: ‘Voor de muziek van de voorstelling werken we samen met Emile Lagarde, die ook van de SNDO afkomt en met wie Jessica en ik al eerder muziek maakten samen. Hij is multi-instrumentalist en voor deze performance hebben we met hem een soundscape gemaakt waarin van alles samenkomt. We zingen covers van bestaande liedjes, zelf geschreven pop-melodieën, country en musicalnummers.’    

Jessica: ‘Wat het publiek straks te zien krijgt zijn dus veel verschillende karakters in verschillende kostuums die op die manier zichzelf en hun relatie tot elkaar onderzoeken. We spelen op een sprookjesachtige locatie in het bos en zoals al ons werk is de voorstelling een soort assemblage waarin we verschillende disciplines en stijlen samenbrengen. We gebruiken tekst, dans, zang en beeld waarbij we ons laten inspireren door o.a. stomme films, slapstick en Disney-musicals.’ 

Jelle: ‘Door verschillende dingen samen te brengen, die op het eerste gezicht niet samen horen, onderzoeken we de chemie tussen die verschillende stijlen en beelden. Als een soort scheikundigen in een lab experimenteren we hiermee, hoe ze elkaar versterken of waar ze elkaar juist verzwakken. Ook daarbij gaat het dus om hun onderlinge relatie. De vraag wie we zijn en hoe we ons tot elkaar verhouden zien wij als net zo’n experiment. Daarin zijn wij niet alleen onderzoeker, maar ook elkaars proefpersoon. Het zou mooi zijn als we met ons werk het publiek kunnen uitnodigen tot een meer onderzoekende houding ten aanzien van zichzelf en elkaar.’ 

Jessica: ‘Dat vind ik ook. En dat we op die manier een aantal vastgeroeste ideeën over ogenschijnlijk tegengestelde dingen kunnen nuanceren of openbreken.’  

Ook interessant

{/exp:ce_cache:it}